NEUROGENE COMMUNICATIESTOORNIS

Een neurogene communicatiestoornis ontstaat door de aanwezigheid van een hersenletsel zoals een hersenbloeding, hersentumor, een hersentrauma e.d..

Wanneer het talig gebied in de hersenen aangedaan is, leidt dit tot taal- en/of spraakproblemen. De personen kunnen bijvoorbeeld moeilijker op hun woorden komen, kunnen geen correcte zinnen maken of kunnen bijna niks meer zeggen. Wanneer dit het geval is, spreken we over de term afasie.

Sommige personen ondervinden geen specifieke talige moeilijkheden, maar hebben eerder moeite met de correcte en precieze uitspraak van klanken en woorden. In dit geval kunnen we spreken van dysartrie of verbale apraxie.

Om het onderscheid tussen de taal- en spraakstoornissen te maken, dient er een nauwgezet onderzoek te gebeuren om zo tot een correcte therapie te komen.

De logopedist kan u helpen in de therapie bij de persoon met het communicatieprobleem en zal haar expertise ook gebruiken om de omgeving te ondersteunen in communicatie.